dinsdag 7 september 2010

Langlaufen

Lang en kort langlaufen. Langlaufen (dat ook wel crosscountryskiën wordt genoemd) kun jij op twee manieren doen. Bij de klassieke stijl blijven de ski's parallel naast elkaar in de van tevoren gefreesde loipe. Alleen bij een steile klim of bij inhalen mogen de lange, smalle ski's in de V-vorm gehouden worden. Deze "schaatstechniek", die meer snelheid oplevert, wordt bij de vrije stijl continu toegepast. De sport kent verschillende afstanden, van de 50 kilometer (mannen) tot de 1,5 kilometer sprint. Dit laatste is dus heel kort langlaufen. Een relatief nieuw onderdeel is de achtervolging, waarbij eerst in de klassieke en vervolgens in de vrije stijl wordt gestart. Tussendoor wordt er snel van stokken en ski's gewisseld.

Langlaufen is de oudste vorm van skiën. Deelnemers skiën een gevarieerd parcours over afstanden tot 50 km voor mannen en 30 km voor vrouwen.

Klassieke techniek
Schaatsen is niet toegestaan. Daarna worden de ski's parallel gehouden. Op sterk oplopend terrein wordt de visgraat-techniek toegepast.

Freestyle
Er wordt "geschaatst" over het gehele parcours, ook als dat zeer steil omhoog gaat. Voor vlakke, licht stijgende stukken en steile klimmen zijn verschillende "schaats"-technieken.

Geen opmerkingen: