Feedbak geven: de 3 G's
0. Gebeurtenis (de situatie/context (als nodig voor herkenning);
1. Gedrag;
2. Gevoel (mijn gevoel door jouw gedrag);
3. Gevolg (het gevolg).
Oefening feedback geven:
Goed:
Vorige week heb ik de informatie die ik nodig had niet van jou gekregen.
Ik was daarover teleurgesteld.
Ik heb mijn niet op tijd af kunnen krijgen.
Fout:
Je bent een egoïst, want je geeft mij nooit de informatie die ik nodig heb.
Goed:
Ik heb moeite met je negatief denken.
Wil jij hierover praten?
Nu vind ik het lastig om met je samen te werken.
Fout:
Je bent zo'n zwartkijker, met jou valt niet samen te werken.
Goed:
Dat ziet er goed uit zeg!
De presentatie die je hebt gegeven zat goed in elkaar, leuke filmpjes erbij. Ik werd hier blij van, dat ik meteen aan de slag wilde.
0. Gebeurtenis: wat was de situatie en wat gebeurde er?
Bijvoorbeeld:
- Weet jij nog, gisteren tijdens ons werkoverleg.........?
- Toen we zojuist overleg hadden...........
- Vorige week was ik in gesprek met ...... (klant), toen jij .............
1. Gedrag: wat deed de ander?
Bijvoorbeeld:
- Je onderbrak me in m'n verhaal........
- Ik zag dat je je hoofd afwendde......
- Je hielp me zonder dat het hoefde te vragen.....
- Ik zie je later binnenkomen dan afgesproken....
- Ik zag dat je de nota niet in de rode map opbergt.....
- Je hebt een half uur naar me geluisterd.....
- Ik hoorde je tegen...zeggen dat....